Gepubliceerd op 9 februari 2020 | Laatst aangepast op 3 oktober 2024
“Sommige plekken hebben onterecht een slecht imago, en sommige plekken hebben terecht dit imago, zoals Hull bijvoorbeeld.” Dit werd enkele weken geleden tegen me gezegd (ik zal geen namen noemen). Deze trip stond net op de planning, aan cancellen heb ik nooit gedacht. Ik ga alleen uit van mijn eigen ervaringen, dus stapte ik op het schip van P&O Ferries om de stad met eigen ogen te aanschouwen.
Ik was al wel een paar keer door Hull gekomen met de bus, onderweg van de boot naar York of Leeds. De stad zelf heb ik nooit eerder bezocht. Waarom niet? Tja, wellicht misschien toch een beetje beïnvloed door het imago. Maar het predicaat City of Culture 2017 krijg je toch niet zomaar? En daar wordt vaak toch wel een hoop mee gedaan in het Verenigd Koninkrijk. De moed was me dus nog niet helemaal in mijn schoenen gezakt.
De datum waarop ik ga is speciaal, ik ben er op 31 januari en 1 februari 2020. Heen reis ik dus naar een ander EU-land, terug vertrek ik uit een niet EU-land. Niet dat het ook maar enig effect heeft op de stad en mijn bezoek, maar bijzonder is het wel.
Wanneer ik mijn spullen alvast bij het Doubletree by Hilton Hull Hotel afgeef neem ik een klein kijkje in hun rooftop bar. Het hotel is in het City of Culture jaar geopend, wat niet toevallig zal zijn. Vanaf het dakterras kun je een stukje van de Humber Bridge zien. Dit is één van de langste hangbruggen ter wereld (1410 meter). Aan de andere kant zie ik de Minster en Maritime Museum, daarboven hangt een prachtige lucht. Het lijkt wel een zonsopkomst, en dat om een uur of tien, tijd om op pad te gaan.
Tour Hull
Paul Scholfield (Tour Hull ), een geboren en getogen Hullensian, gaat me rondleiden door de stad. Wat gelijk opvalt in de stad zijn de telefooncellen; ze hebben de bekende vorm, maar missen de bekende kleur. Was de rode verf op? Nee hier in Hull doen ze graag dingen anders verklaart Paul. De stad is de enige die niet is aangesloten bij BT Provide maar zijn eigen telefoonmaatschappij heeft. En daarom dus ook niet rood maar witte telephoneboxes heeft.
We lopen door het centrum, via de prachtige Paragon Arcade richting Queen Victoria Square. De arcade is in 1896 gebouwd en vestigt nu vooral kleine onafhankelijke winkeltjes. De plek voor een speciaal biertje of een verse koffie. Elke eerste zaterdag van de maand (behalve in januari) vindt hier na 5e ‘After Hours at Paragon Arcade ’ plaats. Dan wordt de koffie verruilt voor een cocktail en kun je een dansje wagen op live muziek. Er is dan soms ook een tentoonstelling of workshop. Helaas zit ik zaterdagavond alweer op de boot terug.
Op het grote plein van Kingston upon Hull staat middenin Queen Victoria. Daaromheen staan een aantal prachtige gebouwen. Om het Maritime Museum (uit 1912) staat een hek, helaas zijn ze vorige week begonnen met een jarenlange verbouwing. 50.000 objecten, waaronder een enorm walvisskelet, krijgen een grote schoonmaakbeurt en worden uit het gebouw gehaald voordat de echte verbouwing kan beginnen. Waarschijnlijk zal het museum de komende drie jaar nog dicht zijn. Zonde, maar het zal waarschijnlijk prachtig zijn als het weer open gaat.
De City Hall (1909) is ook één van de mooie gebouwen. Het is niet zoals je zou verwachten het stadshuis, maar een concertzaal. Het raakte beschadigd in de Tweede Wereldoorlog, maar is in 1950 gerestaureerd. Hull is, na Londen, de meest gebombardeerde stad van het Verenigd Koninkrijk geweest. Dit omdat de haven natuurlijk een gevaarlijk punt was voor de Duitsers.
De Ferens Art Gallery uit 1927 is een opvallend museum op het plein. Het doet een beetje Romeins aan met de pilaren. Het museum is geschonken door Thomas Ferens, wat de naam verklaard. Een bezoek aan deze kunsthal staat voor morgen gepland, dus ik volg gids Paul Scholfield braaf naar Beverley Gate. Tenminste naar de resten daarvan. Ooit was Kingston upon Hull een stad met een kasteel (later een citadel) en een muur. Nu is daar weinig meer van over, eigenlijk alleen deze ruïne, maar hij is wel zeer belangrijk geweest. In april 1642 kwam koning Charles I naar Hull om het arsenaal in Hull veilig te stellen, maar de toegang via de Beverley Gate werd geweigerd door militair gouverneur John Hotham. Charles kwam terug met meer manschappen, maar het mocht niet baten. Een arrestatiebevel tegen Hotham vanwege verraad was zinloos vanwege zijn stevige achterban. Dit wordt wel gezien als het startpunt van de burgeroorlog in Engeland.
Gelukkig staat er nu alleen maar een Brexit voor de deur, en mag ik gewoon door. We lopen langs de Prince’s Dock richting de Humber, de rivier waarover ik eerder vandaag aankwam op de boot. In de Humber Dock Marine liggen de iets kleinere schepen, waaronder de Spurn Lightship . Deze boot heeft 50 jaar lang andere boten veilig door de Humber geleid, wat niet makkelijk is door de verraderlijke zandbanken die erin liggen. Het schip is nu een museum, maar helaas gesloten vanwege een verhuizing van de boot.
Vlakbij de rivier ligt het Fruit Market gebied. Nee hier koop je geen appels en peren, maar er zitten wel zelfstandige winkels, distillerijen en pubs. Paul vertelt me dat je er zelfs je eigen trouwring kan maken, leuke locatie voor een vrijgezellenfeest dus. Dit alles op een plek waar vroeger natuurlijk wel een markt was. In de Tweede Wereldoorlog werd dit gedeelte flink gebombardeerd, maar het is daarna weer opgebouwd. De laatste fruithandelaren vertrokken in 2009 naar een andere locatie, waardoor het nu een hippe plek is voor kleine winkeliers.
We lopen de Humber af tot we de Hull tegen komen, de rivier die de stad zijn naam gaf. Officieel heet de stad Kingston upon Hull, maar iedereen kort het af tot Hull. Op dit kruispunt van rivieren is één van de grootste aquariums van Groot-Brittannië: The Deep. Het gebouw ziet er al indrukwekkend uit. Een bezoek stellen we uit tot de volgende dag, want de Hull tour gaat nog door.
We lopen de rivier de Hull af tot aan High Street. Verwacht hier geen luxe shoppingstreet want dan kom je bedrogen uit. Het is wel de oudste straat van Hull met leuke pubs zoals Lion and Key en Ye Olde Black Boy, ook niet verkeerd toch? In deze straat is ook het Museum Quarter te vinden, drie (gratis) musea bij elkaar. De vierde (Arctic Corsair) is gesloten. Deze zit samen met het Spurn Lightship en het Maritime Museum in het project Yorkshire’s Martime City en wordt dus ook opgeknapt.
Ik duik even het Wilberforce Museum in, het geboortehuis van William Wilberforce. Waarschijnlijk zegt zijn naam je niets, bij mij rinkelde er tenminste geen belletje. Maar het was een belangrijke man voor de afschaffing van de slavernij. Het museum vertelt het verhaal van de trans-Atlantische slavenhandel en de afschaffing ervan, maar ook over de hedendaagse slavernij. De galerijen bieden ook een blik op de West-Afrikaanse cultuur. Daarnaast leer je meer over de man William Wilberforce zelf. Zo zijn er zijn boeken en een origineel kostuum te zien.
Voor de andere musea is geen tijd meer, we moeten weer richting het centrum. Daar gaan we naar Hepworths Arcade, een arcade uit 1894. Dinsdales , een winkel met kleine grappigheden en eigenlijk van alles zit er al vanaf de jaren dertig. Het lijkt erop dat ze in al die jaren nog nooit iets aan de winkel hebben gedaan, pure nostalgie. In de hoek van deze L-vormige arcade is een doorgang naar Trinity Market . Een food-market waar de keuze voor de lunch reuze is. Hier neem ik afscheid van Paul en bedank ik hem voor de geweldige rondleiding. Ik ga voor de sweet and sour chicken noodles bij een Aziatische stand. Een goede bodem voor de middag.
Gin School
In de Hepworths Arcade zit namelijk ook Hotham’s Gin School. Hier ga ik niet alleen een kijkje nemen, maar leer ik ook de fijne kneepjes van het gin maken. Eigenaren Emma en Simon ontdekte de liefde voor het gin maken zelf in de Midlands, sinds 2017 delen ze de passie voor gin in Hull. Vandaag neemt Emma de klas voor haar rekening. Ze legt ons uit hoe je gin maakt en waar het vandaan komt (het is een afgeleide van de Nederlandse jenever). We mogen zelf de smaken uitkiezen. Ik ga voor een rooibos, vanille, amandelen en mango gin. Gelukkig helpt Emma me met de juiste hoeveelheden, waardoor ik na ruim drie uur, en drie gin en limonades, weg ga met een heerlijke zelfgemaakte gin. Nu moet ik er alleen nog twee weken vanaf blijven, want het is belangrijk dat hij eerst rust. “Dan is hij op zijn lekkerst”, aldus Emma.
Nadat ik mijn twee flessen gin veilig heb gesteld op mijn hotelkamer ga ik een hapje eten in de Marco Pierre White Steakhouse & Bar van het hotel. Omdat ik vernomen heb dat ze in Hull graag alles net even iets anders doen, doe ik daaraan gewoon mee en bestel ik een Fish & Chips. Daar krijg ik geen spijt van.
Na het eten ga ik snel naar het centrum, waar het event Navigate dit weekend is neergestreken. Er staan vier lichtinstallaties verspreid over Hull. Twee op Queen Victoria Square, één in Prince’s Dock en één bij de Minster. Helaas is er voor de laatste geen tijd want er staat een toneelvoorstelling op het programma. Maar de eerste drie geven Hull toch wat meer kleur en gezelligheid in de donkere uren.
Hull New Theatre
Hull kent meerdere theaters, naast de City Hall, Hull Truck theatre is er ook Hull New Theatre . Het gebouw is dan wel pas gerenoveerd, nieuw is het zeker niet, het theater stamt uit 1939. Vanavond is er Agatha Christie’s The Mousetrap. Een verhaal over een groep mensen die elkaar ontmoeten in een net geopende B&B. Er lijkt niets aan de hand tot ze niet meer weg kunnen door een sneeuwstorm en er iemand wordt vermoord. Wie heeft het gedaan? Natuurlijk kan ik je het antwoord niet vertellen, daarvoor moet je toch echt zelf naar deze detective gaan.
Na het theater ga ik de stad nog in om te zien hoe mooi deze verlicht is. Om elf uur sta ik toch even stil, kijk ik om me heen, maar iedereen gaat gewoon door. Dit was het moment dat de Britten de EU verlieten, maar het lijkt het uitgaanspubliek niet te deren. De volgende dag zou ik zien dat ik vlakbij een Brexit Party was…
Foto’s dag 1 Hull
Fish Trail
De volgende ochtend ga ik na een heerlijk ontbijtje weer de stad in, het is zo fijn dat in Hull alles goed te belopen is. Ik word deze ochtend getrakteerd op een prachtige zonsopkomst, wat Hull nog mooier maakt. Ik begin met de Fish Trail, een wandeling door de stad waarbij je de vissen in de stoep gaat spotten. 41 kunstwerken, gecreëerd door Gordon Young, werden in 1992 aangelegd. Een grappig feitje is dat de vissen hun werkelijke formaat hebben en het niet toevallig is dat je de electric eel (sidderaal) naast een transformatiehuisje vindt en een haai net naast een (voormalige) bank.
Onderweg loop ik nog door Prince Street, één van de meest gefotografeerde straatjes in Hull. De Georgiaanse huizen en de Minster op de achtergrond zijn inderdaad een plaatje. Helaas is de kerk gesloten, werkzaamheden aan de vloer.
Tijdens mijn wandeling door de stad bezoek ik nog de Ferens Art Gallery , waar je allerlei kunst kan vinden. Er is zelfs een gedeelte geweid aan Nederlandse schilders, met o.a. een Frans Hals. Maar er is ook een moderne afdeling. Een kleine galerie, maar wel zeer divers.
The Deep
Na het kunstmuseum ga ik weer verder met het speuren naar vissen. Van de beeldhouwwerken naar de levende vissen in The Deep. Hier spot ik zeepaardjes, pinguïns, haaien, Nemo en Dory… Een mooi aquarium en ook erg leerzaam, het gaat namelijk niet alleen om vissen kijken. The Deep gaat namelijk vooral over het behoud van dit prachtige zeeleven. Biologen bestuderen daar de vissen en de omstandigheden, zodat ze wellicht het echte zeeleven kunnen redden. Een mooi idee achter een mooi aquarium.
Van al dat wandelen krijg je honger, dus tijd om weer richting High Street te gaan, in de zijstraat Scale Lane zit namelijk The Old House. Zoals de naam al doet vernoemen is het een klein oud gebouwtje, het oudste woonhuis van Hull. Hierin ga ik via een smal trappetje naar boven waar ik een plaatsje vind. Ik bestel de steak met pepersaus, die heerlijk is.
Met deze goede bodem kan ik weer verder met de Fish Trail, die me deze keer weer naar het Museum Quarter brengt. Nu heb ik tijd voor de twee andere musea. In het Streetlife Museum zie ik alle oude vervoersmiddelen die je maar kan bedenken. Ik stap er zelfs in een oude koets die me naar York brengt. Door elkaar geschut stap ik weer uit, niet in York maar gewoon nog in het museum. Een ervaring rijker en het is niet vervelend om hier nog even verder te kijken naar o.a. fietsen, trams, auto’s en veel meer.
In het Hull & East Riding Museum ga ik verder terug de tijd in en kom ik oog in oog te staan met een gigantische mammoet. Een archeologisch museum waar de geschiedenis tot leven komt. Er is een dorp uit de ijzertijd, een Romeins badhuis met mozaïeken en middeleeuwse spullen. Leuk en leerzaam!
Na de musea ga ik weer verder met de Fish Trail, want deze loopt nog verder door de stad. Hij brengt me bij kerken en pubs en ook bij The George Hotel, met het kleinste raam van Engeland. Het is één van de oudste publieke gebouwen in Hull, uit 1683. Het kleine raam zou gebruikt zijn toen The George een coaching Inn was. Een portier zat achter het raam zodat hij de koetsen aan zag komen en de klanten snel kon helpen.
Helaas heb ik niet alle vissen kunnen spotten voordat ik alweer terug naar mijn hotel moet. Ik pik mijn tas en gin op voor mijn terugreis op de P&O ferry naar Nederland.
Is het slechte imago van Hull terecht? Ik vind van niet. Natuurlijk is het geen Londen of Edinburgh. Moet je een keer naar Hull? Tja, ga vooral uit van je eigen ervaring, dat heb ik ook gedaan. Ik kom sowieso nog een keer terug, al is het alleen maar om de Minster en het Maritime Hull nog te bezoeken. En wie weet wat de stad dan allemaal nog meer te bieden heeft.
Foto’s dag 2 Hull
Filmpje Hull
Met dank aan Visit Hull .
Deze pagina bevat een affiliate link. Hierdoor betaal jij niets extra’s als je iets aanschaft, maar krijgt Britblog wel een klein percentage als je dat doet. Lees hier meer daarover.
2 reacties op “Blog: Hull, de stad met het (onterechte?) slechte imago”
Leuk artikel! Lijkt me toch een leuke weekendtrip met de ferry.
Dat is zeker de moeite waard, wij gaan zeker nog eens terug!